Spelersanalyse Ricardo Van Rhijn: gegroeid maar moet beter

Willems en Van Rhijn zitten hoog in de top van beste backs van de Eredivisie. Ze zijn allebei verrekte snel, hebben enorm veel kracht in hun been om van lange afstand uit te halen en beiden kunnen voor geen meter verdedigen.

Van Rhijn heeft in de eerste helft van dit seizoen laten zien dat hij gegroeid is. De rechtsback van Ajax is constanten gaan spelen. Kiest zorgvuldiger voor de aanval en rent niet meer als een kip zonder kop constant over die rechterflank heen. Want er productief was dat vorig seizoen nou ook weer niet. Van Rhijn is volwassener geworden, houdt de focus meer en meer op zijn verdedigende taken en speelt niet meer met risico. Maar dat is niet bepaald positief voor het spel van Ajax in het algemeen.

Van Rhijn hier nog in duel met Neymar. (Foto: @Sharpiee6)

Van Rhijn hier nog in duel met Neymar. (Foto: @Sharpiee6)

Het dekken en tackelen gaat hem steeds beter af en ook is Van Rhijn heel vaak degene die de corners en voorzetten weghaalt uit het strafschopgebied. En in aanvallend opzicht is hij vooral met zijn ongelofelijk snelheid een enorm gevaar als hij doorstoomt richting de aanval. Er is alleen één probleem. Het leidt zelden tot iets productiefs. En in dat opzicht is hij het zwakkere broertje van Willems. Want met al zijn snelheid en flexibiliteit wordt Van Rhijn nog geregeld voorbij gelopen door zijn tegenstanders. Te vaak staat Van Rhijn uit positie op de counter en verliest hij de concentratie en scherpte om in te kunnen grijpen. En als het dan mis gaat dan gaat hij zijn duels heel vaak slap in en hij wordt daardoor vaak afgetroefd. Een killer mentaliteit ontbreekt bij de back. Je krijgt nooit het idee dat hij een uitstraling heeft van: ‘Jij gaat vandaag er niet langskomen bij mij, maakt niet uit wat je probeert, het gaat je niet lukken.’ Het oogt af en toe zelfs wat flegmatiek.

Als verdedigen dan niet wil dan moet een speler het hebben van zijn aanvallend vermogen, zoals Willems. Maar Van Rhijn beslist heel zelden een wedstrijd, eigenlijk nooit. Zijn voorzetten zijn vaak dramatisch, zijn lange passes zijn vaak slordig naar voren en ook missen zijn korte passjes in de diepte vaak scherpte of worden makkelijk onderschept. Hij lijdt vaak balverlies en speelt uit angst daarvoor de bal vaak terug op Veltman, Cillessen of Moisander. Eigenlijk brengt Van Rhijn bijzonder weinig aanvallend, hij is stabiel, snel en gevaarlijk voorin maar scoort nooit als het erop aan komt. En hij krijgt echt zat kansen om te scoren, maar telkens is zijn afronding heel slecht en knalt daardoor 9 van de 10 keer de bal over het doel dan ergens tussen de palen. Wat vorig seizoen irriteerde was dat hij vaak aan de bal tien passen naar voren liep, dan drie naar achteren om vervolgens de bal weer in te leveren bij Veltman. Dat zie ik hem dit seizoen een stuk minder doen. Hij probeert meer en meer te combineren met Serero, Kishna en Schöne in plaats van op safe te spelen met een een pass terug of in de breedte.

Wat ook in zijn voordeel spreekt is dat de rechtsback wel stappen vooruit heeft gezet in het afgelopen jaar. Hij is consistenter, haalt altijd een zesje en begint meer en meer de stabiele factor te worden op de rechterkant. En dat stemt hoopvol. Van Rhijn moet zich eigenlijk ook niet richten op de aanval. Als hij verdedigend al een klein beetje beter wordt, dan kan hij een veel betere back worden dan Willems. Dan moet hij wel beter leren te anticiperen, wat feller zijn in de duels en beter zijn snelheid gebruiken in verdedigend opzicht. Want op dit moment is hij een middelmatige eredivisie-speler op die positie, veel flair, weinig effectiviteit.

Lees ook:Live Blog: Sparta – Ajax

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

Naam

Website

Het kan vijf minuten duren voordat nieuwe reacties zichtbaar zijn.